De achterste kruisband is een zeer sterke structuur die zich midden in de knie bevindt. Alleen onder forse krachten kan deze scheuren en instabiliteit in het kniegewricht veroorzaken.
De achterste kruisband is éen van de vier stabiliserende banden (ligamenten) en is de meest stevige band van het kniegewricht. De achterste kruisband ligt midden in de knie en loopt schuin achter de voorste kruisband langs. De achterste kruisband verbindt de achterkant van het onderbeen met de voorkant van het bovenbeen. Door zijn ligging zorgt de achterste kruisband ervoor dat het scheenbeen niet naar achteren kan bewegen ten opzichte van het bovenbeen en niet te ver kan draaien ten opzichte van het bovenbeen. De achterste kruisband geeft daardoor stabiliteit aan de knie bij voor- en achterwaartse bewegingen en draaibewegingen. Daarnaast ondersteunt hij de binnen- en de buitenband, die ook stabiliteit bieden aan de knie. De aanhechtingen van de achterste kruisband zijn de binnenzijde van het dijbeen/femur en de achterzijde van het scheenbeen/de tibia.
ACHTERSTE KRUISBAND
Een gescheurde achterste kruisband is een ernstig letsel van de knie. Het gaat vaak gepaard met letsels van andere banden, letsels van de meniscus of van het kraakbeen. Onderzoek door een gespecialiseerde orthopedisch chirurg, een kniespecialist, is gewenst.
Een gescheurde achterste kruisband kan onstaan bij geforceerd naar achteren drukken van het onderbeen t.o.v. het bovenbeen of bij ernstige overstrekking van de knie. De meest voorkomende oorzaken zijn verkeersongelukken (knie tegen dashboard en motor of brommerongevallen). Het komt ook voor bij contactsporters indien het onderbeen naar achteren wordt getrapt door een tegenstander (bijvoorbeeld voetbal en rugby). Afhankelijk van de richting van het trauma en de stand van het onderbeen, kan aanvullende schade aan de knie ontstaan. Dit betreft meestal schade aan de buitenachterzijde van de knie (posterolaterale instabiliteit), kniebanden, meniscus en voorste kruisband. Botbreuken kunnen ook voorkomen. Een achterste kruisbandletsel komt vaak voor bij knieluxaties (knie uit de kom). We spreken van een knieluxatie als meer dan 2 kniebanden beschadigd zijn. De achterste kruisband scheurt maar zelden uit het bot. Meestal rekt de band op en blijft de continuïteit intact.
DIAGNOSE
Een achterste kruisbandscheur komt niet vaak voor. Om die reden wordt de diagnose regelmatig gemist in minder ervaren handen. De diagnose wordt gesteld aan de hand van het verhaal van de patiënt, lichamelijk onderzoek, stressröntgenfoto’s en eventueel MRI onderzoek. Helaas is de MRI niet altijd betrouwbaar bij een oprekking van een achterste kruisband. Het herkennen van bijkomende letsels (met name de posterolaterale instabiliteit, meniscus, voorste kruisband en bloedvaten) is erg belangrijk voor een juiste behandeling. Tintelingen in onderbeen en voet, na de knieblessure, zijn suggestief voor een bijkomend posterolateraal hoekletsel (komt voor bij 30% van de patiënten). We spreken van een acuut letsel indien de diagnose achterste kruisbandletsel wordt gesteld binnen 2-3 weken na het letsel. Hierbij is genezing mogelijk. Na die tijd heet het letsel chronisch en herstelt de band niet meer spontaan.
KLACHTEN
Twee soorten klachten kunnen voorkomen bij een letsel van de achterste kruisband: een doorzakgevoel en Knieschijfpijn (=patellofemorale pijnklachten). Het doorzakgevoel ontstaat omdat het onderbeen t.o.v. het bovenbeen tever naar achteren beweegt. Het doorzakgevoel wordt vaak ervaren bij trap aflopen. De knieschijfpijn wordt veroorzaakt doordat het onderbeen naar achteren zakt. Hierdoor neemt de druk en het hevelmoment op de knieschijf toe met pijn als gevolg.
Acute fase Bij een acuut letsel is de behandeling gericht op het verminderen van de pijn en de zwelling in de knie. Soms kan tijdelijk gebruik van krukken nodig zijn om de knie te ontlasten. De sportfysiotherapeut ondersteunt u hierbij en start zodra het kan met oefeningen om de bewegingsvrijheid van het gewricht terug te krijgen of te onderhouden.